Unilever 1998 Annual Report Download - page 7

Download and view the complete annual report

Please find page 7 of the 1998 Unilever annual report below. You can navigate through the pages in the report by either clicking on the pages listed below, or by using the keyword search tool below to find specific information within the annual report.

Page out of 52

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52

Unilever-groep
Toegepaste grondslagen
Groepsmaatschappijen
Groepsmaatschappijen zijn die maatschappijen waarin NV of PLC
rechtstreeks of middellijk aandelen houdt en waarvan consolidatie
is vereist voor het door de jaarrekening te verschaffen inzicht.
Om te bereiken dat de geconsolideerde jaarrekening een getrouw
beeld geeft, is het noodzakelijk af te wijken van de voorschriften
van de Companies Act 1985 in het Verenigd Koninkrijk door
zowel bedragen toekomend aan NV-aandeelhouders als
bedragen toekomend aan PLC-aandeelhouders op te nemen in
het in de balans getoonde eigen vermogen. Ingevolge de
Companies Act zou het aan aandeelhouders van PLC en NV
toekomende eigen vermogen in de geconsolideerde
jaarrekeningen van respectievelijk NV en PLC moeten zijn
opgenomen als aandeel van derden. Hierdoor zou echter geen
getrouw beeld worden gegeven van het effect van de egalisatie-
overeenkomst, die erop is gericht de positie van de
aandeelhouders zoveel mogelijk zo te doen zijn als waren
zij aandeelhouders van één en dezelfde vennootschap.
Nettowinst en In het bedrijf te behouden winst worden
samengevoegd getoond op bladzijde 9, terwijl de aan NV- en
PLC-aandeelhouders toekomende nettowinst afzonderlijk wordt
vermeld. Mutaties in In het bedrijf behouden winst zijn gesplitst
in de aan aandeelhouders van NV respectievelijk PLC toekomende
bedragen onder 21 op bladzijde 21.
Vreemde valuta’s
Koersverschillen voorkomend in de jaarrekeningen van de
afzonderlijke maatschappijen zijn opgenomen in hun respectieve
winst- en verliesrekeningen. Hierbij worden de koersverschillen
die betrekking hebben op handelstransacties opgenomen in de
bedrijfswinst. Koersverschillen op liquide middelen, op tot de
vlottende activa behorende effecten en op leningen worden
opgenomen onder rente.
Bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening worden de
winst- en verliesrekening, het kasstroomoverzicht en alle mutaties
in activa en passiva omgerekend tegen gemiddelde wisselkoersen
van het jaar. De balansposten aan het einde van het jaar, met
uitzondering van het gewone aandelenkapitaal van NV en PLC,
worden omgerekend tegen de aan het einde van het jaar
geldende wisselkoersen. Voor landen met zeer hoge inflatie
worden de desbetreffende jaarrekeningen aangepast ter
eliminering van de invloeden van inflatie, voordat deze worden
omgerekend. De winst op de verkoop van chemische bedrijven
en daaraan gerelateerde belasting werden omgerekend tegen
de wisselkoersen geldend op de transactiedatum, 8 juli 1997.
De resultaten van deze bedrijven over 1997, verantwoord als
Beëindigde activiteiten, werden omgerekend tegen de
gemiddelde wisselkoersen geldend in de periode tot de
transactiedatum.
Het gewone aandelenkapitaal van NV en PLC wordt herleid
volgens de in de egalisatie-overeenkomst vastgelegde verhouding
van £1=ƒ 12. Het verschil tussen de aldus verkregen waarde van
het aandelenkapitaal en die verkregen op basis van de aan het
einde van het jaar geldende wisselkoers is opgenomen in Overige
reserves (zie onder 22 op bladzijde 21).
De gevolgen van wisselkoersveranderingen gedurende het jaar
met betrekking tot netto-activa aan het begin van het jaar,
alsmede het verschil tussen de in het bedrijf te behouden winst
tegen gemiddelde wisselkoersen en die tegen koersen aan het
einde van het jaar, zijn opgenomen als een mutatie in In het
bedrijf behouden winst.
Goodwill en immateriële vaste activa
Aan intern gegenereerde immateriële vaste activa wordt
geen waarde toegekend. Goodwill (zijnde het verschil tussen
de prijs betaald voor nieuwe groepsmaatschappijen, joint
ventures en geassocieerde maatschappijen en de waarde van
het groepsaandeel in hun nettovermogenswaarde op moment
van verwerving) en aantoonbare immateriële vaste activa,
voorzover verworven na 1 januari 1998, worden geactiveerd en
afgeschreven ten laste van de bedrijfswinst over hun verwachte
levensduur, tot een maximum van 20 jaar. Perioden langer dan
5 jaar zullen alleen gehanteerd worden als de raden van bestuur
ervan overtuigd zijn dat de levensduur van de goodwill deze
periode duidelijk overschrijdt. Goodwill en immateriële vaste
activa verworven vóór 1 januari 1998 werden in het jaar
van verwerving afgeschreven ten laste van In het bedrijf
behouden winst.
Bij de verkoop van maatschappijen verworven vóór 1 januari 1998
wordt gekochte goodwill die op het moment van verwerving is
afgeschreven ten laste van de In het bedrijf behouden winst
mede in aanmerking genomen ter bepaling van de winst of het
verlies op de verkoop.
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden gewaardeerd op basis
van aanschaffingswaarde, verminderd met afschrijvingen.
Afschrijving vindt plaats volgens vaste percentages van de
netto-aanschaffingswaarde, die zijn gebaseerd op de
verwachte gemiddelde levensduur van de activa. Voor de
voornaamste categorieën van activa is hieronder de verwachte
levensduur vermeld:
Gebouwen in eigendom (op terreinen in
eigendom vindt geen afschrijving plaats) 33 – 40 jaar
Terreinen en gebouwen in erfpacht of huur *33 – 40 jaar
Machines en installaties 3 – 20 jaar
Motorvoertuigen 3 – 6 jaar
* als de erfpacht- of huurtermijn korter is dan 33 jaar, wordt
deze aangehouden
Gegevens op basis van actuele waarden zijn vermeld onder
9 op bladzijde 15.
7 Unilever Jaarrekening 1998