Unilever 1998 Annual Report Download - page 31

Download and view the complete annual report

Please find page 31 of the 1998 Unilever annual report below. You can navigate through the pages in the report by either clicking on the pages listed below, or by using the keyword search tool below to find specific information within the annual report.

Page out of 52

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52

Unilever-groep
Remuneratie en belangen van leden van de raden van bestuur
Verslag aan de aandeelhouders (vervolg)
Pensioenen leden van de raden van bestuur (vervolg)
(1) De NV-regeling voor vervroegde uittreding van leden van de raden van bestuur kent geen vaste aanspraken op pensioen, maar slechts een
redelijke verwachting daarop. Leden die voor het bereiken van de 55-jarige leeftijd uit dienst zijn getreden, hebben geen pensioenaanspraken
ontvangen op grond van deze regeling, terwijl zij die vanaf het bereiken van de 55-jarige leeftijd uit dienst treden, een onmiddellijk ingaand
pensioen mogen verwachten.
(2) De normale pensioenleeftijd is die welke als zodanig gedefinieerd is in de respectieve regeling voor vervroegde uittreding van het betreffende lid
van de raden van bestuur. Deze komt in het algemeen niet overeen met de datum van beëindiging van het dienstverband zoals opgenomen in
de arbeidsovereenkomst (zie Arbeidsovereenkomsten op bladzijde 37).
(3) In de toename van het opgebouwde pensioen gedurende het jaar is geen verhoging wegens inflatie begrepen. De basis waarop deze toename
is weergegeven, is vergelijkbaar met die van het opgebouwde pensioen aan het eind van het jaar. Voor leden van de raden van bestuur die
tijdens het jaar met pensioen gaan, is het opgebouwde pensioen en de toename daarvan gebaseerd op de positie op de ingangsdatum van het
pensioen. De toename voor leden van de raden van bestuur die gedurende het jaar zijn benoemd, is gebaseerd op het verschil tussen het
opgebouwde pensioen aan het einde van het jaar en het opgebouwde pensioen vlak voor de benoeming.
(4) Voor leden van de raden van bestuur die deelnemen in de NV-regeling voor vervroegde uittreding en die 55 jaar of ouder zijn, bestaat het
opgebouwde pensioen uit de direct ingaande jaarlijkse pensioenen van alle Unilever-regelingen. Voor leden van de raden van bestuur die jonger
dan 55 jaar zijn, is geen pensioen opgenomen onder de NV-regeling voor vervroegde uittreding. Het opgebouwde pensioen wordt gevormd door
de bedragen die in totaal betaalbaar zijn krachtens de normale Unilever-pensioenregeling zonder rekening te houden met toekomstige
inflatiecorrectie. Het opgebouwde pensioen volgens de normale PLC-regeling is betaalbaar vanaf 65-jarige leeftijd, terwijl die van de normale
NV-regeling is opgenomen als zijnde betaalbaar vanaf 62-jarige leeftijd, de leeftijd waarop de pensioenregeling het meest gunstig is, en tijdelijke
pensioenen bevat die zijn omgezet naar met levenslange uitkeringen vergelijkbare pensioenen.
(5) 89% van het totale opgebouwde pensioen op 31 december 1998 en 95% van de stijging in opgebouwde pensioenen hebben betrekking op
de normale NV-regeling. Om de stijging in het opgebouwde pensioen te kunnen bepalen en als gevolg van de veranderingen op de normale
NV-regelingen die per 1 januari 1998 van kracht zijn, is het deel van het opgebouwde pensioen op 31 december 1997 dat overeenkomt met
de normale NV-regeling omgezet, op een actuarieel neutrale basis, in een pensioen betaalbaar vanaf 62-jarige leeftijd.
(6) Voor de PLC-regeling is het opgebouwde pensioen het bedrag dat jaarlijks zou worden uitgekeerd vanaf de normale pensioenleeftijd, gebaseerd
op een dienstverband tot 31 december 1998. Dit omvat de pensioenen uit alle Unilever-regelingen. Er is hierbij geen rekening gehouden met
toekomstige inflatiecorrectie.
(7) In de loop van het jaar met pensioen gegaan.
(8) Benoemd op 6 mei 1998.
(9) Het pensioen zal op het moment van ingaan worden omgezet in US dollars en in de toekomst worden verhoogd ter behoud van koopkracht
in de VS.
Pensioenen van de leden van de raden van bestuur: aanvullende informatie
De verwachting is dat de pensioenen van de leden van de raden van bestuur regelmatig zullen worden verhoogd in lijn met de stijging van de
consumentenprijsindex van het land (Nederland of het Verenigd Koninkrijk) waarop de pensioenregeling betrekking heeft. De beslissing deze
pensioenverhoging toe te kennen ligt bij NV of PLC, hoewel de regelingen in het Verenigd Koninkrijk verhogingen garanderen die in lijn zijn met
de Retail Price Inflation, tot een maximum van 5% per jaar.
Voor leden van de raden van bestuur die 55 jaar of ouder zijn en die deelnemen in de NV-regeling voor vervroegde uittreding is het direct ingaande
pensioen bij vervroegde uittreding getoond. Voor leden van de raden van bestuur die deelnemen aan de NV-regeling en die de 55-jarige leeftijd aan
het eind van het jaar niet hebben bereikt, is het betaalbare pensioen onder de normale NV-regeling opgenomen als zijnde betaalbaar vanaf de leeftijd
waarop het betaalbare pensioen het meest gunstig is. Het betaalbare pensioen onder de normale PLC-regeling wordt vanaf 60-jarige leeftijd zonder
reductie uitgekeerd (dit is deels vrijwillig, deels een recht), maar wordt gereduceerd met 5% per jaar voor elk jaar dat eerder wordt uitgetreden dan
bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd.
Leden van de raden van bestuur die deelnemen in de PLC-regeling voor vervroegde uittreding kunnen vanaf 50-jarige leeftijd uittreden, in welk
geval het totaal opgebouwde pensioen wordt verlaagd met 5% per jaar voor elk jaar dat eerder wordt uitgetreden dan bij het bereiken van de
60-jarige leeftijd.
Pensioenen voor nabestaanden zijn betaalbaar onder de normale regelingen en die voor vervroegde uittreding in elk land. Onder de normale
NV-regeling en die voor vervroegde uittreding is het partnerpensioen 70% van het pensioen van de deelnemer, terwijl onder de PLC-regeling voor
vervroegde uittreding het partnerpensioen 66,7% van dat van de deelnemer bedraagt. Onder de normale PLC-regeling bedraagt het partnerpensioen
50% van het pensioen van de deelnemer.
Voor leden van de raden van bestuur die deelnemen aan de NV-regeling wordt het getoonde pensioen bij vervroegde uittreding bij het bereiken
van de 65-jarige leeftijd verlaagd met een bedrag gelijk aan de AOW-uitkering, die momenteel ƒ 24 861 bedraagt. Het pensioen kan ook kleine
aanpassingen ondergaan om diverse staatspensioenen met elkaar in evenwicht te brengen.
Deelnemers kunnen vrijwillig aanvullende bijdragen storten. Deze bijdragen noch de daaruit voortvloeiende pensioenen zijn opgenomen in het
overzicht van de pensioenaanspraken.
31 Unilever Jaarrekening 1998